Cursus die dieper ingaat op de moeilijke of falende sedatie.
Palliatieve sedatie is een niet meer weg te denken fenomeen binnen de levenseinde zorg. Jaarlijks wordt In ongeveer 12,5% van de sterfgevallen in Nederland is palliatieve sedatie toegepast, deze schatting is al weer van een aantal jaren terug. De indruk bestaat dat dit percentage nog jaarlijks toeneemt. Inmiddels is ook duidelijk geworden dat de verwachtingspatronen rondom palliatieve sedatie nog al eens verschillen. Bij patiënt, naasten, team en dokter.
Lang niet alle ingezette palliatieve sedaties verlopen volgens 'het boekje'. Nadere analyses leren ons dat onvolledige communicatie; onduidelijke indicatie stelling; onvoldoende voorbereiding, en monitoring tijdens de uitvoering, naast de farmacologische problemen hier debet aan kunnen zijn.
Specifieke leerdoelen
- De deelnemer is zich bewust van effect van de diverse verwachtingspatronen rondom sedatie bij alle betrokkenen.
- De deelnemer beseft terdege dat uitvoering geven aan palliatieve sedatie complex is, en meerdere dimensies kent, waarvoor multidisciplinaire samenwerking vanzelfsprekend is.
- De deelnemer kent de stappen binnen de indicatiestelling conform de richtlijn Palliatieve sedatie, en weet hier over genuanceerd te communiceren met patiënt, naasten en hulpverleners.
Is zich tevens bewust van het effect van de lijdensdruk van de omstanders op het proces van indicatiestelling, en weet deze te hanteren.
- De deelnemer weet welke stappen erbij de voorbereiding moeten worden genomen, om falen van de sedatie zoveel mogelijk te voorkomen.
- De deelnemer is op de hoogte van de farmacologische aspecten van de te gebruiken medicatie( profiel, interactie, dosering op maat), o.a. in relatie tot gebruik van relevante medicatie voor start sedatie.
- De deelnemer is zich bewust van zijn beperkte kennis en ervaring, en weet wanneer een consult CPT moet, en wanneer het wenselijk is.
- De deelnemer heeft zich een stappenplan eigen gemaakt, welke te gebruiken is indien verlaging van bewustzijn onvoldoende wordt bereikt, en niet leidt tot consistent comfort voor de patiënt.
De specifieke leerdoelen, ingedeeld conform de CanMeds competentiegebieden:
1. Vakinhoudelijk
- De deelnemer weet wat palliatieve sedatie is, en kan het verschil met euthanasie omschrijven
- De deelnemer kent de verschillende vormen van tijdelijke en continue sedatie, en hun indicaties
- De deelnemer weet hoe te handelen wanneer acuut sedatie nodig is en weet hoe advies en ondersteuning te organiseren.
- De deelnemer is op de hoogte van de correcte uitvoering van een palliatieve sedatie, welke middelen kunnen worden gebruikt en van mogelijke complicaties
- De deelnemer kent een stappenplan indien de sedatie niet conform verwachting verloopt.
2. Communicatie
- De deelnemer is zich bewust van het belang van (vroeg)tijdige communicatie over verwachtingen, uitvoering en mogelijke complicaties met patiënt, naasten en verpleging bij het samen keuzes maken en over de uitvoering van palliatieve sedatie.
3. Samenwerking
- Samen keuzes maken over en de uitvoering van de palliatieve sedatie vraagt een multi/interdisciplinaire aanpak, de deelnemer weet wat van hem/haar verwacht wordt binnen de samenwerking met de verpleging, collega-huisartsen, specialistisch verpleegkundig team, Consultatief Palliatief Team en geestelijk verzorger
4. Organisatie
- De deelnemer kent de relevante richtlijnen , zoals Zorgpad Stervensfase en Palliatieve sedatie, en weet deze te vinden en te gebruiken.
7. Professionaliteit
- De deelnemer is zich bewust van de eigen (ethische) grenzen bij de besluitvorming over en de uitvoering van de palliatieve sedatie, en kan hier met relevante betrokkenen over communiceren.