|
|
|
De laatste jaren is er veel veranderd op het gebied van wondzorg. Zo ook binnen De Wever.
Er is letterlijk plaats gemaakt voor een nieuw assortiment wondverbandmiddelen. Van ruim honderd producten zijn we teruggegaan naar zes primaire verbanden en een vijftal secundaire verbandmiddelen.
Waarom veranderen? Deden we het dan niet goed?
Natuurlijk deden we het goed totdat er nieuwe gegevens kwamen dat het beter kon en efficiënter, daarbij nog eens klantvriendelijker en wie wil dat nou niet.
Wat kan er dan beter?
De Wever had een enorm assortiment verbandmiddelen, die opgeslagen lagen op elke afdeling. Maandelijks kwamen daar dingen bij. Het bekende spreekwoord van door de bomen het bos niet meer zien klopte vrij aardig. Behandelaars kozen verbandmateriaal vaak op voorkeur en kennis van het materiaal. Voor de verpleegkundigen en verzorgenden was het moeilijk bijhouden hoe met elk product te werken. Daar ging het dan ook vaak fout.
In het UMC Nijmegen is in 2012 een groot onderzoek gedaan waaruit bleek dat niet het verband dan wel de regievoering in wondzorg het belangrijkste is. Er zijn immers geen slechte verbandmiddelen.
Binnen De Wever zijn de aanbevelingen uit dat onderzoek onderzocht en uitgevoerd. Dat leidt tot een weliswaar beknopt assortiment maar het is afgelopen jaar zeer effectief gebleken.
De regievoering is steeds duidelijker en we werken eraan het helemaal duidelijk te krijgen.
Natuurlijk is het wennen maar als we naar het gebruiksgemak en de klantvriendelijkheid van de producten kijken, mogen we spreken van een prima innovatie.
In een interactief symposium gaan we deze innovatie met diverse andere ontwikkelingen op het gebied van wondzorg onder de aandacht brengen.
Thema's die aanbod komen zijn:
Leerdoelen zijn:
