Mensen melden zich vaak voor hulp na het overlijden van een dierbare. Vroegtijdige herkenning van gecompliceerde rouw en kennis van de behandelingsmogelijkheden zijn van wezenlijk belang voor professionals. Een snelle interventie kan vaak erger, bijvoorbeeld een ernstige depressie, voorkomen.

inhoud

• Diagnostiek en indicatiestelling voor rouwbegeleiding en rouwtherapie;
• Met behulp van vragenlijsten en een standaardinterview wordt het onderscheid tussen gecompliceerde rouw, depressie en PTSS voor de praktijk toegelicht en de relatie met co-morbide klachten besproken;
• Reacties na het overlijden na een verkeersongeval, suïcide, moord, vermissing, een lang ziekbed en de verschillende omstandigheden zoals verlies van een kind of partner;
• Diverse behandelings- en begeleidingsprotocollen voor verschillende soorten nabestaanden;
• Behandelvormen: psycho-educatie, cognitieve therapie, 'exposure', 'empty-chair', gebruik van rituelen, zowel individueel als in groepen.

werkwijze

• Inleiding door de docent, casuïstiekbespreking. geïllustreerd aan de hand van videomateriaal, literatuurbesprekingen en oefenen met diagnostische instrumenten en technieken. Bij aanvang van de dag wordt met de cursisten gekozen welke behandelvormen uitgebreid aan bod zullen komen.

literatuur

• Er is een literatuurklapper samengesteld die vooraf wordt toegezonden. Teneinde tijdens de dag zelf optimaal te kunnen werken is het belangrijk dat u de literatuur voorafgaand aan de workshop bestudeert.