Van de eerste lijn wordt veel verwacht. Concreet betekent dit, dat zij actief een centrale positie inneemt en invulling geeft aan zorg met een  hoge kwaliteit tegen lage kosten met een centrale positie voor de patiënt, in die zorg.  Naast het inhoudelijk invulling geven aan deze zorg vraagt het ook een andere wijze van organiseren en het inrichten van de eerste lijn met bestuurlijke slagkracht en een eigen governance.
 
Continue maatschappelijke veranderingen geven de vraag welke structuren, netwerken en mensen nodig zijn om adequaat te anticiperen met betrekking tot de regionale gezondheidszorg. Het vraagt bestuurders, managers, en beleidsmakers die beschikken over specifieke  competenties om deze uitdagingen aan te gaan en deze veranderingen mee vorm te geven.
 
Een gedeelde visie en taakopvatting met betrekking tot de regionale eerstelijns gezondheidszorg (met daarin de mogelijkheid tot discipline overstijgende zorginnovatie) is hiervoor vereist.
 
In deze masterclass ontwikkelt u samen met uw collegae en met regionale stakeholders kennis en vaardigheden om een bijdrage te leveren aan een optimale inrichting van de gezondheidszorg in de regio, niet alleen op individueel niveau, maar ook op populatieniveau. In onderlinge samenwerking initieert u nieuwe maatschappelijke ontwikkelingen en zorginnovatie. De masterclass vormt een platform en een regionaal netwerk waarin u uw ervaringen en ideeën uitwisselt en van waaruit u actief beleid concretiseert.

Opzet

Voordrachten van landelijke experts op verschillende deelgebieden zullen het uitgangspunt vormen om gezamenlijk te onderzoeken welke mogelijkheden er in de regio liggen om een sterke eerste lijn te creëren. Intervisie maakt deel uit van het programma.

Doel

Bijdrage leveren aan de gezondheid van mens en populatie in de regio Leiden, Alphen en Duin- & Bollenstreek. De bestuurders en stakeholders zijn in staat om een lange termijn agenda voor de eerstelijns gezondheidszorg mee op te stellen en leiding te geven aan veranderprocessen.

Tijdsinvestering

Min. 160 uur, bestaande uit 80 uur terugkomdagonderwijs en tenminste 80 uur voor opdrachten en voorbereiding onderwijs; Voorbereidingsopdrachten zijn gericht op praktische toepassing en omvatten zowel eigen als regionale projecten.