Gezamenlijk ECG’s beoordelen die door de deelnemers zelf en de cardioloog worden ingebracht. Interactief proces. Nadruk ligt op de beoordelingen. Basiskennis is vereist.
De deelnemer wordt verondersteld de volgende basiskennis te hebben:
- weet hoe hij/zij een ECG kan maken.
- kent de anatomie van het hart en begrijpt de electrofysiologie.
- kan het ECG puntsgewijs beoordelen.
- Kent de waarde en beperking van het ECG in de huisartspraktijk.
- Kent de waarde van de interpretatie van het ECG-apparaat.
De leerdoelen van de vervolgcursus:
- De deelnemer kan afwijkingen in het ritme op het ECG herkennen.
- De deelnemer herkent geleidingblocks en weet wat hiermee te doen.
- De deelnemer kan ventrikelhypertrofie op het ECG herkennen.
- De deelnemer kent de plaats van het ECG bij coronairlijden.
- De deelnemers (her)kent de verschillende vormen van een hartinfarct; mn ook oud infarct op ECG (toevalsbevinding).
- De deelnemer krijgt meer grip op ingewikkelde ECG’s.