Deze nascholing motiveert huisartsen om weefseldonatie als een vanzelfsprekend onderdeel van de patiëntenzorg te zien en voorziet in de benodigde kennis en vaardigheden om het in de praktijk uit te kunnen voeren.
Leerdoelen:
Taakgebied 1: Vakinhoudelijk handelen (30%)
- De huisarts heeft voldoende kennis over weefseldonatie om een donatiegesprek met nabestaanden te kunnen voeren. Hij weet:
- Welke weefsels worden gedoneerd.
- Dat de overledene vervoerd moet worden voor de donatie.
- Dat de overledene na donatie gewoon opgebaard kan worden.
- Wat de donatie-ingreep inhoudt.
- Hoelang de volledige donatieprocedure in beslag neemt (8 tot max. 28 uur).
- Voor welke aandoeningen de weefsels gebruikt worden.
- Dat er geen kosten voor de nabestaanden zijn.
- Dat er voor de huisarts max. 30 minuten extra tijd bovenop de ‘gewone schouwtijd’ komt voor de uitvoering.
- De huisarts kan de volgende stappen voor de weefseldonatie procedure uitvoeren:
- Raadplegen Donorregister.
- Registratie juist interpreteren.
- De nabestaanden informeren over de gang van zaken bij weefseldonatie.
- Een donor aanmelden.
- Het donatieformulier invullen.
- De huisarts weet waar hij relevante informatie over weefseldonatie kan vinden op www.transplantatiestichting.nl
- De huisarts weet waar patiënten informatie over donatie en donorregistratie kunnen vinden:
- www.orgaandoantie.nu
- www.transplantatiestichting.nl
- www.thuisarts.nl
- Brochures van de Nederlandse Transplantatie Stichting
- Website NHG
Taakgebied 2: Arts – patiëntcommunicatie (20%)
- De huisarts kan overeenkomstig de wilsbeschikking het juiste gesprek voeren met de nabestaanden (een instemmings-, danwel toestemmingsgesprek), waarbij de wens van de overledene centraal staat.
- De huisarts kan de nabestaanden informeren over de gang van zaken bij weefseldonatie.
- De huisarts begrijpt dat aandacht voor donorregistratie op een rustig moment in het leven van zijn patiënten de donatiegesprekken na overlijden vergemakkelijkt.
Taakgebied 3: Samenwerken /
Taakgebied 4: Organiseren (15%)
- De huisarts heeft de benodigde documenten en brochures over weefseldonatie (handzaam samengevoegd in een ‘pakketje schouw’) bij de hand bij een schouw.
- De huisarts weet een duidelijke taakverdeling te maken in de praktijk met betrekking tot de weefseldonatie procedure, waarbij de rol van de triagist, chauffeur en assistente zijn beschreven.
- De huisarts werkt actief mee aan de procedure en taakverdeling op het terrein van weefseldonatie, zoals die op de huisartsenpost is afgesproken.
- De huisarts weet waar hij met vragen over weefseldonatie terecht kan.
- De huisarts geeft voorlichtingsmateriaal over orgaan- en weefseldonatie een vaste plaats in de wachtkamer van de praktijkruimte.
Taakgebied 5: Maatschappelijk handelen (5%)
- De huisarts heeft de wens zoveel mogelijk tegemoet te komen aan de wilsbeschikking van de patiënt.
- De huisarts draagt bij aan het verminderen van het tekort aan donorweefsel, door bij het overlijden van een patiënt een weefseldonatie procedure te overwegen.
Taakgebied 6: Wetenschappelijk en onderwijs /
Taakgebied 7: Professionaliteit (30%)
- De huisarts ziet weefseldonatie als een vanzelfsprekend onderdeel in de patiëntenzorg.
- De huisarts heeft een zorgvuldig afgewogen oordeel gevormd over wanneer weefseldonatie wel of niet kan plaatsvinden.
- De huisarts begrijpt dat aandacht voor donorregistratie op een rustig moment in het leven van zijn patiënten de donatiegesprekken na overlijden vergemakkelijkt.
- De huisarts weet voldoende van donorscreening om een realistisch verwachtingspatroon te hebben van de donatieprocedure en de te verwachten vragen bij donorscreening.