|
|
|
Diepe Veneuze Trombose (DVT) is een veel voorkomende aandoening. De incidentie bedraagt jaarlijks 1-3 per 1000 personen, vergelijkbaar met het optreden van myocardinfarct of CVA. De incidentie is laag bij jongvolwassenen, ongeveer 1:10.000 en loopt op tot 1:100 bij personen boven de 80 jaar. De klachten bij een DVT bestaan uit pijn en een zwaar en moe gevoel in het been. Het been ziet er meestal gespannen uit, is opgezet en kan rood en glanzend zijn. Er bestaat soms een subfebriele temperatuursverhoging. Bij matige klachten zijn deze weinig specifiek en passen ook heel goed bij andere, alledaagse aandoeningen. Van alle patiënten met de verdenking DVT blijkt na echo-onderzoek maar 15 tot 20% de aandoening daadwerkelijk te hebben.
P. Westerweel, internist-hematoloog zal ingaan op de effectiviteit van de behandeling met antistollingsmiddelen terwijl zonder behandeling de kans bestaat op het ontstaan van een (fatale) longembolie. Als de diagnose DVT wordt gesteld, heeft de helft van de patiënten al een (a)symptomatische longembolie.
Mw Berenschot, internist hematoloog zal ingaan op de sinds april 2016 bestaande nieuwe landelijke antitrombotisch beleid, waarbij de patiënt met een DVT als 1e keus DOAC`s voorgeschreven krijgt. De rol van de huisarts in het behandelen van een DVT zal ingrijpend wijzigen, omdat alle patiënten die u voorheen zelf behandelde moeten nu verwezen worden naar de internist hematoloog.
Om deze groep adequaat te behandelen is binnen het ASZ het Zorgpad trombose behandeling van kracht geworden. De trombose verpleegkundige mw Van de Laan en Brantsma werkzaam op de trombosepolikliniek behandelen samen met de Internist-hematoloog de patiënten Naast de Internist-hematoloog zal S. Dik, longarts tijdens deze nascholing de ambulante behandeling van de longembolieën behandelen, ook hier zal het behandeltraject wijzigen.
Een grote verandering is de rol van de huisarts bij het behandelen van de DVT. Tijdens deze nascholing zal met u deze diagnostiek en behandeling uitvoerig besproken worden, maar ook de rol van de huisarts in het behandelen van de DVT komt uitvoerig ter sprake.
Leerdoelen:
