Palliatieve sedatie is een niet meer weg te denken fenomeen binnen de levenseinde zorg. In 12,5% van de sterfgevallen in Nederland is palliatieve sedatie toegepast, deze schatting is al weer van een aantal jaren terug. De indruk bestaat dat dit percentage nog jaarlijks toeneemt. Inmiddels is ook duidelijk geworden dat de verwachtingspatronen rondom palliatieve sedatie nog al eens verschillen. Bij patiënt, naasten, team en dokter.
Lang niet alle ingezette palliatieve sedaties verlopen volgens 'het boekje'. Nadere analyses leren ons dat onvolledige, passende communicatie; onduidelijke indicatie stelling; onvoldoende voorbereiding, en monitoring tijdens de uitvoering, naast de farmacologische problemen hier debet aan kunnen zijn.
Op basis van een lange ervaring heeft Stans Verhagen, internist oncoloog en lid KNMG commissie Palliatieve sedatie een presentatie gehouden op de IKNL consulenten dagen, regio Zuid West Nederland, maart jl.
Zijn bevindingen en aandachtspunten zijn zeer relevant bij de uitvoering binnen de praktijk van alle dag. Dit zal dan ook de basis vormen voor de invulling van dit thema op deze interactieve sessie.
Specifieke leerdoelen
- De deelnemer is zich bewust van effect van de diverse verwachtingspatronen rondom sedatie bij alle betrokkenen.
- De deelnemer beseft terdege dat uitvoering geven aan palliatieve sedatie complex is, en meerdere dimensies kent, waarvoor multidisciplinaire samenwerking vanzelfsprekend is.
- De deelnemer kent de stappen binnen de indicatiestelling conform de richtlijn Palliatieve sedatie, en weet hier over genuanceerd te communiceren met patiënt, naasten en hulpverleners.
Is zich tevens bewust van het effect van de lijdensdruk van de omstanders op het proces van indicatiestelling, en weet deze te hanteren.
- De deelnemer weet welke stappen erbij de voorbereiding moeten worden genomen, om falen van de sedatie zoveel mogelijk te voorkomen.
- De deelnemer is op de hoogte van de farmacologische aspecten van de te gebruiken medicatie( profiel, interactie, dosering op maat), o.a. in relatie tot gebruik van relevante medicatie voor start sedatie.
- De deelnemer is zich bewust van zijn beperkte kennis en ervaring, en weet wanneer een consult CPT moet, en wanneer het wenselijk is.
- De deelnemer heeft zich een stappenplan eigen gemaakt, welke te gebruiken is indien verlaging van bewustzijn onvoldoende wordt bereikt, en niet leidt tot consistent comfort voor de patiënt.